wat gemeenten, woningcorporaties en projectontwikkelaars moeten weten


In dit nieuwsbericht wordt kort uitgelegd wat gemeenten, woningcorporaties en projectontwikkelaars en ecologische adviesburos moeten weten
Het aangepaste vleermuisprotocol meervleermuis is sinds kort van kracht. De oorspronkelijke planning van dit protocol was eind 2023 (zie nieuwsbericht). Door het aangepaste vleermuisprotocol zijn extra onderzoeksrondes verplicht, wat gevolgen heeft voor de planning en uitvoering van projecten. Door het unieke gedrag van de meervleermuis werd deze soort vaak gemist bij standaard vleermuisonderzoek. Met het nieuwe protocol worden de onderzoeksmethoden aangescherpt, zodat de meervleermuis beter wordt beschermd én projecten sneller en zorgvuldiger kunnen worden uitgevoerd.
Wat betekent het geactualiseerde protocol voor opdrachtgevers?
Voor gemeenten, woningcorporaties en projectontwikkelaars betekent het geactualiseerde protocol dat er vanuit het ecologisch onderzoeksbureau extra onderzoek nodig is. Afhankelijk van het type verblijfplaats dat wordt verwacht, zijn één of twee ochtendbezoeken verplicht. Deze rondes vallen grotendeels samen met de rondes die toch al plaats vinden. Eventuele extra inspanning verhoogt de onderzoekskosten enigszins, maar vergroot ook de kans op het verkrijgen van een vergunning voor werkzaamheden onder de Omgevingswet.
Het aangepaste vleermuisprotocol meervleermuis geldt in heel Nederland, behalve in Noord- en Zuid-Holland. In deze provincies is er een overgangsperiode tot 15 juli 2025, wat betekent dat een extra ronde nodig is voor Reeds gegunde opdrachten mogen daar worden voortgezet, mits de werkzaamheden niet plaatsvinden in de buurt van een kraamkolonie.
Aanleiding voor het aangepaste vleermuisprotocol meervleermuis
Sinds 2019 wordt aangedrongen op nieuwe inzichten in de ecologie van de meervleermuis ook door te voeren in het vleermuisprotocol. Dit is na lang aandringen uiteindelijk gebeurd. Uit diverse analyses bleek dat het oude protocol onvoldoende zekerheid bood over de aanwezigheid van deze soort. Meervleermuizen vliegen vaak pas uit als het volledig donker is en vertonen nauwelijks verblijfplaats-indicerend gedrag. Ze vliegen stil uit, vaak één voor één, en verlaten direct de omgeving van het verblijf. Hierdoor werden ze bij avondrondes, die steeds vaker de voorkeur krijgen bij veldwerk, vrijwel altijd gemist. Bij het vorige protocol mochten de ochtend rondes tot half juli worden uitgevoerd, wat in de praktijk betekende dat de enige ochtend ronde die werd uitgevoerd, werd uitgevoerd als de kolonie al uit elkaar was gevallen en daarmee niet meer altijd met zekerheid aan te treffen.
De nieuwe onderzoeksprocedure volgens het vleermuisprotocol meervleermuis
Het geactualiseerde protocol schrijft nu ochtendonderzoek voor in plaats van avondonderzoek. In gebieden met kraamkolonies (rood gemarkeerd op de koloniekaart (zie "meer lezen") zijn twee ochtendrondes verplicht in de kraamperiode. In zowel de rode gebieden (kraamkolonies) als de blauwe gebieden (mannenverblijven) is een extra ochtendronde in juli nodig voor het opsporen van satelliet verblijfplaatsen.
Concreet betekent dit:
- In rode gebieden: twee ochtendrondes (voor kraamverblijven)
- In blauwe gebieden: één ochtendronde in juli (voor satellietverblijven)
- In gebieden met dubbele arcering: drie ochtendrondes voor kraam- en satellietverblijfplaatsen
- In het winternetwerk: 15 aug-15 sept ochtendronde voor satelietverblijfplaatsen behorend tot het winternetwerk
Aangescherpte weersomstandigheden
meervleermuizen vliegen ook bij vrij koude nachten nog uit, maar houden niet van wind, regen of mist. Daarom zijn de weersomstandigheden voor onderzoek aangescherpt:
- Meervleermuizen vliegen al bij 8°C in plaats van 10°C
- De maximale windkracht is teruggebracht van 4 naar 3 Beaufort
- Er mag geen neerslag of mist zijn, vooral niet boven water waar deze soort actief is
Uitvliegtelling verplicht
Bij nieuw aangetroffen verblijfplaatsen wordt een uitvliegtelling voorgeschreven binnen drie dagen na het vaststellen van het verblijf, om de grootte van de kolonie te bepalen.
Meer lezen
Koloniekaart meervleermuis 2025

Ecologie
Een overzicht van alle onderzoeken met als thema ecologie. Zoek je een artikel en staat deze er niet tussen? Of heb je zelf een artikel over de meervleermuis die we hier kunnen toevoegen? Stuur ons dan een mailtje (zie contact adres in de footer).
Titel artikel | Jaar | Auteur | Tijdschrift | Link |
---|---|---|---|---|
Changes in community composition and functional diversity of European bats under climate change
|
2024
|
Fialas et al
|
Conservation Biology
| Download |
Habitat selection of the pond bat (Myotis dasycneme) during pregnancy and lactation in northern Poland
|
2017
|
Ciechanowski et al
|
Journal mammalogy (98)
| Download |
An integrative approach to detect subtle trophic niche differentiation in the sympatric trawling bat species Myotis dasycneme and Myotis daubentonii
|
2013
|
Kruger et al
|
Molecular ecology
| Download |
High trophic similarity in the sympatric North European trawling bat species Myotis daubentonii and Myotis dasycneme
|
2012
|
Kruger et al
|
Acta Chiropterologica (14)
| Download |
Transfer of microcontaminants from sediment to chironomids, and the risk for the Pond bat Myotis dasycneme (Chiroptera) preying on them
|
1999
|
Reinhold et al
|
Aquatic ecology
| Download |
Untersuchungen zum Überwinterungsverhalten von Fledermäusen im Osnabrücker Hügelland unter besonderer Berücksichtigung der Teichfledermaus
|
2008
|
Korn
|
Thesis
| Download |
Differentiating the echolocation calls of Daubenton’s bats, pond bats and long-fingered bats in natural flight conditions
|
2011
|
van de Sijpe
|
Lutra (54)
| Download |
Hunting strategy and tympanate moth predation by the pond bat
|
2007
|
Van de Sijpe & Holsbeek
|
Lutra (50)
| Download |
Chin spot as an indicator of age in pond bats
|
2009
|
Haarsma & van Alphen(c)
|
Lutra (52)
| Download |
Partial baldness in relation to reproduction in pond bats in the Netherlands
|
2009
|
Haarsma & van Alphen(b)
|
Lutra (52)
| Download |