Skip to main content

Hebben vleermuizen hun eigen parasieten?

  • Titel - weetjes: Hebben vleermuizen hun eigen parasieten?
  • Main Afbeelding (niet nieuws): dna structuur mijten en vleermuizen
  • Fotograaf of tekenaar: Bas Blankevoort (naturalis)
  • Inleiding:

    Elke vleermuissoort heeft haar eigen parasieten. Dat zijn parasieten die al duizenden jaren met een soort zijn mee gegroeid. De meervleermuis heeft bijvoorbeeld een myt genaamd "Spinturnix dasycneme", de laatvlieger heeft de mijt "Spinturnix kolenati". De wetenschappelijke naam verklapt de relatie vaak al (de meervleermuis heeft immers ook de soortaanduiding dasycneme).
    Een soort specifieke mijt vindt alléén een soort vleermuis lekker. De mijt zit jaarrond op zijn gastheer: ook als de gastheer in winterslaap gaat, gaat de mijt gezelllig mee. Als de gastheer wakker en dus warm is, kunnen de mijten op een buurman of buurvrouw overstappen. Door de genetische diversiteit van mijten te bestuderen, kan men ook de evolutionaire geschiedenis van de gastheer ontdekken. Welke populaties wisselen met elkaar uit, en hoe lang doen ze dat al?

     

  • Referentie lijst: https://serval.unil.ch/resource/serval:BIB_FA6CEFC3DCC0.P001/REF.pdf  

Herkenning tijdens de winterslaap

  • Main Afbeelding (niet nieuws): zoek de meervleermuis
  • Inleiding:

    Herkenning tijdens de winterslaap

    Wist je dat tijdens de winterslaap water- en meervleermuizen vaak gezamenlijk in ondergrondse verblijven slapen? Ze lijken erg op elkaar. Toch zijn er een paar goede kenmerken waar je op kunt letten; de meervleermuis is écht een kop groter, heeft duidelijk ‘paarse’ armen en de oren zijn relatief lang en staan wijd uiteen. De watervleermuis lijkt wat meer afgeronde oren te hebben, die hij -ook nog eens bij de geringste verstoring- naar achteren buigt. Wat als je goed kijkt ook wel opvalt, is dat er bij de meervleermuis duidelijk twee flinke neusknobbels te zien zijn, bij de watervleermuis is dit veel minder goed zichtbaar. Maar wat allebei de soorten als kenmerk hebben zijn de grote voeten met goed zichtbare haren. Met scherpe nagels aan deze grote voeten harken ze in het actieve seizoen insecten van het wateroppervlak. Je moet de voeten natuurlijk wél kunnen zien, anders lukt het niet…

    Foto: Niels de Zwarte

Hoe herken ik het geluid van een meervleermuis?

  • Titel - weetjes: Hoe herken ik het geluid van een meervleermuis?
  • Main Afbeelding (niet nieuws): Woensdagweetje 5 juli: Herkenning meervleermuis geluid
  • Inleiding:

    wist je dat in de zomer water en meervleermuis beide veelvuldig jagend boven grote waterwegen, plassen en kanalen zijn te vinden. Met een batdetector zijn ze te horen. Het geluid van een meervleermuis klinkt als een droge ratel, zoals het spetteren van vet in een pan, met af en toe een plakkerige natte geluiden zoals het stuiteren van een knikker op een glasplaat. Met enige ervaring zijn water en meervleermuis door hun unieke ritme en klank van watervleermuizen te onderscheiden.

     

    afbeelding: Marc Sijpe

    Meer lezen

    pdf Differentiating the echolocation calls of Daubenton’s bats, pond bats and long-fingered bats in natural flight conditions(1.22 MB)

  • Eerste Afbeelding (niet-verplicht):

Hoe herkennen meervleermuizen hun huis?

  • Titel - weetjes: Hoe herkennen meervleermuizen hun huis?
  • Main Afbeelding (niet nieuws): zwermende meervleermuizen voor een huis
  • Inleiding:

    Meervleermuizen wonen in een groep in hun territorium. Zodra de jongen geboren zijn zullen de moeders elke nacht twee of meer tripjes moeten doen naar hun voedselgebieden. De jongen blijven namelijk in het kraamverblijf achter. Hoe dichterbij ze eten kunnen vinden, hoe eerdere moeders terug zijn met een borst vol met melk. Midden in de nacht is er dus soms volop zwermactiviteit wanneer vrouwtjes terug komen om te zogen. Als ze ver moeten vliegen kost dat niet alleen tijd, maar ook energie. Dat betekent dat ze terugkomen met minder melk. Het verschil tussen voldoende en onvoldoende melk betekent in de natuur het verschil tussen een jong dat aan het einde van het seizoen haalt en een jong dat niet overleeft.

     

     

    afbeelding: Wieneke Huls

Hoe komt de meervleermuis aan haar naam?

  • Titel - weetjes: Hoe komt de meervleermuis aan haar naam?
  • Main Afbeelding (niet nieuws):
  • Inleiding:

     

    Wist je dat de fraai klinkende wetenschappelijke naam van de meervleermuis (Myotis dasycneme, Boie 1825) eigenlijk een heel triviale betekenis heeft?

    De naam van het genus Myotis komt uit het Grieks en betekent zo veel als ‘muis-oor’ mus = muis, ous / otos = oor. De soortnaam dasycneme verwijst naar de eveneens Griekse samenvoeging van ‘dasus’ = harig en ‘kneme’ = been / poot, kortom harige poten.

    Keek Friedrich Boie bij het kiezen van een naam voor deze soort nou zo goed naar de meervleermuis, of zou hij simpel z’n partner voor ogen gehad hebben?

     

    Afbeelding: Tekening uit Linneaus Systema Natura

Meervleermuis in opvang

Meervleermuis herkennen in opvang

De meervleermuis is een typische gebouwbewoner.

In het kader van 'het jaar van de meervleermuis' willen we mensen bewust maken van de benauwde situatie waarin vleermuizen zich bevinden nu er veel wordt na geïsoleerd.

We willen jullie vragen alle meldingen van meervleermuizen door te
geven. Voor een ieder die moeite heeft een meervleermuis te herkennen geven we een online cursus voor de juiste herkenning ervan.

Datum: 6 april 2023
Tijd: 19:30
Locatie: Online
(info volgt)

Geef je op via het formulier.

Invalid Input

Invalid Input

Invalid Input

Invalid Input

Meervleermuizen gezien door een nachtkijker

  • Nieuws Afbeelding:
  • Nieuws Tekst: nachtkijker kijken
  • Korte voor-intro (nieuws en telpagina):

    Prachtige beelden hoe mensen en vleermuizen in perfecte balans samenleven in het Nieuwkoopse plassengebied. Zeldzame meervleermuizen vliegen na zonsondergang uit hun dagverblijven in onze huizen om even later als tegenprestatie duizenden muggen weg te vangen die anders de waterrecreanten het leven zuur gemaakt zouden hebben.

     

  • Inleiding:

    Beelden gemaakt met een warmtebeeldcamera door Daan van der Elsken van Elsken Ecologie

  • Eerste alinea/onderwerp (telpagina en nieuws):



  • Slot:

    Beelden gemaakt met een warmtebeeldcamera door Daan van der Elsken van Elsken Ecologie

 

 

Overwinteren vleermuizen elk jaar ergens anders?

  • Titel - weetjes: Overwinteren vleermuizen elk jaar ergens anders?
  • Main Afbeelding (niet nieuws): een meervleermuis met nummer die naar een speciaal plekje vliegt met datzelfde nummer
  • Fotograaf of tekenaar: Louise Prévot
  • Inleiding:
    Altijd het zelfde plekje
     
    Veel vleermuizen, waaronder de meervleermuis zijn erg honkvast. In de zomermaanden komen ze graag terug naar dezelfde plek, zeker wanneer dit hun kraamverblijf is. In de winter komen ze elk jaar weer graag terug bij hun vaste winterverblijf. Aan de hand van geringde vleermuizen kunnen we dit gedrag goed bestuderen. Zo weten we dat individuën binnen een winterverblijf zelfs ongeveer op dezelfde plek zitten, zoals een kier of nis. Wat dat aangaat is een vleermuis net een bioscoopganger met een vast plekje in de zaal.
     
     
     

Studies

This page lists several national and international key studies on Pond bats

All articles are placed in one the five categories ("international publications", "national publications", "newspaper and other media", "awareness about population decline", "presentation/ brochures/posters" and "compensation/mitigation"). Scroll through the tabs, or use the "search button" to locate each article.

Zoeken in documenten

Teksten gebaseerd op gescande documenten kunnen niet getoond worden! Gebruik evt de tags om resultaten per provincie of thema te zoeken.

  • Internationale publicaties

    Internationale publicaties

  • Nationale publicaties

    Nationale publicaties

  • Kranten en andere media

    Kranten en andere media

  • Presentaties, folders en posters

    Presentaties, folders en posters

  • Compensatie en mitigatie

    Verspreiding en monitoring

Verblijfplaatsen ontdekken

  • Main Afbeelding (niet nieuws):
  • Onderschrift Main afbeelding (niet nieuws): Bewerkte afbeelding van een meervleermuis van © Theo Douma
  • Korte voor-intro (nieuws en telpagina):

    De meervleermuis (Myotis dasycneme) is een grote vleermuis, met een gewicht van 14-20 gram en lange relatief brede vleugels met een spanwijdte van 20 tot 30 cm. De buikvacht is grijswit met een donkere ondervacht en steekt duidelijk af tegen de middel- tot donkerbruingrijze rugvacht. De snuit is bruin met - in verhouding tot andere Myotis-soorten - vrij grote neusknobbels. Net als de watervleermuis heeft de meervleermuis opvallend grote voeten die hij gebruikt om insecten van het wateroppervlak te scheppen.

  • Kop_inleiding (nieuws en telpagina): Biotoop en jachtgedrag
  • Inleiding:

    Wat

    Onderzoek naar verblijfplaatsen kan gaan om het vinden van verblijfplaatsen, het vaststellen van aantallen en functies en/of het in kaart brengen van het netwerk. Daarnaast kan ook onderzoek naar het gedrag in en rondom de verblijfplaats of de kenmerken van de verblijfplaats worden gedaan.

    Mogelijkheden

    Om verblijfplaatsen te vinden kan gestart worden met een literatuuronderzoek naar bekende verblijfplaatsen en overige vleermuiswaarnemingen uit de NDFF (Nationale Database Flora en Fauna), koloniekaart meervleermuis (te vinden op deze website) en/of overige gedocumenteerde bronnen. Andere ingangen zijn meldingen van vleermuizen in huis of meldingen van vleermuizen uit een buurtonderzoek.

    Om te onderzoeken of er in de directe omgeving meervleermuizen verblijven, is het nuttig te starten met een vliegrouteonderzoek (zie handleiding vliegroute tellingen) bij bruggen over grote watergangen die vanuit de bebouwde kom richting potentiële foerageergebieden lopen. Dit is ook aan te raden als voorwerk voor de technieken vangen en zenderen om geschikte vanglocaties te lokaliseren.

    Potentiële locaties van verblijfplaatsen kunnen beoordeeld worden op geschiktheid en kunnen onderzocht worden op sporen en/of de aanwezigheid van vleermuizen. Beoordeel de kenmerken van verblijfplaatsen, zoals de afmetingen van openingen, wegkruipmogelijkheden, bereikbaarheid van ruimtes zoals spouw en dakvlak. Beoordeel daarnaast de ligging in het landschap, zoals de bereikbaarheid van wateren en mogelijkheden voor beschutting en/of ontwijking van wind en verlichting

     

    Beperkingen

    Om de functie van een verblijfplaats vast te stellen is een combinatie van gegevens nodig over het seizoen, gedrag, aantal en voor sommige functies ook van het geslacht en de ligging binnen het netwerk. Zo kan het lastig zijn om een kleine vrouwenkolonie van een grote mannenkolonie meervleermuizen te onderscheiden. Bij meervleermuizen is het tevens een uitdaging om de functie paarverblijfplaats vast te stellen, omdat meervleermuizen geen balsgeluiden maken. Het baltsgedrag, ofwel de patrouillevluchten, hoeven niet direct naast de verblijfplaats te gebeuren

  • Kop_eerste_alinea (telpagina en nieuws): Verblijfplaatsen
  • Eerste alinea/onderwerp (telpagina en nieuws):

    Kolonies van meervleermuizen bevinden zich vrijwel altijd in gebouwen zoals op kerkzolders, in spouwmuren en onder dakpannen. Kraamkolonies variëren in grootte van enkele tientallen tot enkele honderden dieren. In Nederland zijn kraamkolonies tot nu toe vooral gevonden in het westen en noorden van Nederland en in veenweidegebieden in Oost Nederland. Maar ook aan de randmeren van het IJsselmeer en in de buurt van de grote rivieren zijn verblijfplaatsen gevonden. In totaal zijn in nederland 45 kraamverblijven van meervleermuizen bekend, met een totale populatie geschat op 10.000 dieren.

    Vleermuiskasten en woonhuizen zijn bekend als paarverblijven; ook vindt de paring net als bij de andere soorten van het geslacht Myotis in de winterverblijven plaats. Paarverblijven van meervleermuizen liggen over het algemeen langs trekroutes van zomerverblijven naar winterverblijven. Belangrijke paargebieden zijn onder andere Zeeuws-Vlaanderen (trek naar Noord-Frankrijk en Antwerpen), Flevoland en Gelderland (trek naar Duitsland) en Noord-Brabant (trek naar Zuid-Limburg).

    In de winter verdwijnen de meeste meervleermuizen op mysterieuze wijze. In Nederland worden in de winter totaal ongeveer 400 meervleermuizen waargenomen, in buurlanden nog eens maximaal 350 dieren. Voor zover we weten overwinteren meervleermuizen in Nederland in mergelgroeven, bunkers, forten, vestingwerken, oude steenfabrieken en kelders. Ook worden af en toe dieren waargenomen in gebouwen. Belangrijke overwinteringsplaatsen zijn bunkers in de duinen van Zuid- en Noord-Holland en de mergelgroeven in Limburg. Over het algemeen is de meervleermuis een middellange- tot lange afstandstrekker, waarbij verplaatsingen van 200 à 300 km tussen zomer- en winterverblijf bekend zijn. In de bunkers in de duinen overwinteren echter ook regelmatig meervleermuizen die in de zomer in de directe omgeving verblijven.



Waren er in de pre-historie ook al vleermuizen?

  • Titel - weetjes: Waren er in de pre-historie ook al vleermuizen?
  • Main Afbeelding (niet nieuws):
  • Inleiding:

    De eerste bekende vleermuisfossiel is 60 miljoen jaar oud! 
    Het eerste dier dat op een hedendaagse #meervleermuis lijkt is 3 miljoen jaar oud. Prehistorische meervleermuizen kwamen voor in Zuid- en Midden-Europa, maar zo ver we weten nog niet in Nederland. 

     

     

    Tekening door: Louise Prévot